Wat wil je bereiken bij je lezer? Wat moet hij doen, denken of voelen na het lezen van je tekst? Je wil de lezer over het algemeen met een positief gevoel achterlaten. Hij heeft ten slotte jouw tekst gelezen. Je wil dat de lezer jouw bedrijf associeert met dat positieve gevoel. De woordkeuze is daarbij heel belangrijk:
Maak je geen zorgen, er vallen geen gedwongen ontslagen.
Een positief gevoel overbrengen
De bedoeling is een positieve boodschap over te brengen. Alleen werken onze hersenen niet helemaal op deze manier. We scannen de teksten die onder onze neus komen eerst even door. Woorden als “niet”, “geen” en “zonder” worden er dan onbewust uitgefilterd. We willen namelijk zo snel mogelijk de kern uit een tekst pikken. Daarbij kijken we naar de woorden die een betekenis hebben. De woorden mét betekenis in deze zin hebben een nogal negatieve lading:
– zorgen
– vallen
– gedwongen
– ontslagen
Nu kan je ervoor kiezen om de woorden 1 voor 1 om te vormen naar iets positiefs. Alleen komt er dan een heel kromme zin uit. Iets als “Maak je gerust, er komen vrijwillige baankansen.” Het is een suf voorbeeldje, maar het laat wel zien dat je goed moet kijken naar je woordkeuze.
Zo kan het ook
Wees gerust, wij bieden iedereen een baangarantie.
Zie je het verschil? Let er maar eens op als je teksten voorbij ziet komen. Activisten en goede doelen zijn hier een mooi voorbeeld van. Ze nemen de kijker of lezer mee in een nare wereld, vol geweld of zielige hondjes. Je zou denken dat het medelijden dat hiermee gewekt wordt, goed werkt. Niets is minder waar. Daar vertel ik in een volgende blog graag meer over.
Voor nu: sta wat vaker stil bij je woordkeuze en welk gevoel bepaalde zinnen bij je oproepen. Heb je hier zelf nog een leuk voorbeeld van?